Sledehonden zijn honden die worden opgeleid om een slee te trekken over sneeuw en ijs door middel van harnassen en lijnen.
De sledehonden sport is uitgegroeid tot een populaire sport in Noord-Amerika en Europa. Verschillende hondenrassen worden gebruikt als sledehonden. In Nederland is in het trekhondenbesluit wettelijk vastgesteld dat er vier hondenrassen gebruikt mogen worden als sledehond. Deze honden mogen ingespannen worden, omdat ze in het verleden speciaal als sledehond gefokt werden en hier nog steeds zeer geschikt voor zijn. De sledehondenrassen die hiervoor gebruikt mogen worden zijn de Alaskan Malamute, Groenlandse hond, Samojeed en de Siberische Husky.
Er zijn twee belangrijke eigenschappen die worden verwacht van de sledehonden: uithoudingsvermogen en snelheid.
Geschiedenis
De sledehondensport komt uit Alaska waar de eerste officiële rennen in 1908 georganiseerd werd. De First Alaskan Sweepstake werd gehouden over een afstand van 650 km, van Nome naar Candle en weer terug. John Hegnes werd winnaar in 119 uur, 15 minuten en 12 seconden. Scotty Allen werd tweede.
Omdat de Verenigde Staten deelnam aan de Eerste Wereldoorlog in 1917 kwam er een einde aan deze georganiseerde sledehondensport, die inmiddels in Alaska tot nationale sport was uitgegroeid.
De races veranderden na de oorlog van karakter. Het waren niet meer de races van 650km afstand. De afstand werd korter en de snelheden hoger. Er werd geëxperimenteerd met allerlei rassen en kruisingen om de beste honden te fokken. Johnny Allen won de Fairbanks Sweepstake in 1936, 1937 en 1938 met kruisingen van inlandse honden en Ierse Setters. Ook de Alaskan Husky, op dit moment de populairste sledehond in de Verenigde Staten, begon zijn intrede te doen in de sport.
De snelle groei van de sport wordt aangetoond door het aantal sledehondensport verenigingen die werden opgericht na de Tweede Wereldoorlog. Eind jaren 60 waren er ongeveer 50 organisaties die zich bezighielden met de sledehondensport. In 1975 waren dat er al zo’n 115. In 1996 werd de ISDRA (International Sled Dog Racing Association) opgericht, omdat er behoefte was aan een strikte en uniforme organisatie.
In Europa werd de sledehondensport eind jaren 60 geïntroduceerd met de komst van de eerste sledehonden naar Europa. De belangrijkste promotor was de S.K.N.H. (Schweizerischer Klub für Nordische Hunde), die als eerste in Zwitserland trainingskampen en races organiseerde. Spoedig werden ook de eerste Nederlandse en Duitse teams getraind.
Natuurlijk was er ook in Europa behoefte aan een overkoepelende organisatie van de sledehondenverenigingen. En zo werd de ESDRA (European Sled Dog Racing Assosiation) opgericht.
Sledehondensport in Nederland
In Nederland zijn ongeveer 250 sledehonden teams actief. Aangezien er in Nederland weinig tot geen sneeuw is wordt hier met karren getraind. Dit zijn speciale karren die meestal zelf gebouwd worden, maar ook in de handel verkrijgbaar zijn. Er zijn ook speciale steps voor de sledehondensport. Maar pas op, in Nederland is het bij wet verboden om een hond als trekkracht in te zetten. Trekken is alleen voor een paar hondenrassen weggelegd, en dan alleen met ontheffing.
In het begin van het seizoen worden er enkele karrenwedstrijden gehouden. Dit is om de mushers (menners) te laten zien of ze op de goede weg zijn of nog iets moeten aanpassen met hun trainingen. Ook kan dan worden gezien hoe de jonge honden met stress omgaan. Veel Nederlandse teams rijden vervolgens van januari tot en met maart door heel europa waar er maar sneeuw te vinden is.